De Vlaamse en federale regering hebben een samenwerkingsakkoord afgesloten voor de fiscale regularisatie van ‘onsplitsbare bedragen’. Het gaat om de eenmalige regularisatie van bedragen die zowel aan federale belastingen als aan Vlaamse belastingen zijn ontglipt, en waarvoor de aangever geen precieze opdeling meer kan maken. Na de Vlaamse regering, keurde vandaag ook de Commissie Financiën van het Vlaams parlement het samenwerkingsakkoord goed. Vlaams minister van Financiën Bart Tommelein: ‘Dit is het sluitstuk van de fiscale regularisatie. Met de opbrengst wil ik de erfbelasting hervormen. Billijkere tarieven zullen leiden tot minder belastingontwijking.’
In het kader van de fiscale autonomie, hadden de federale en de Vlaamse regering eerder al elk afzonderlijk een regeling voor fiscale regularisatie uitgewerkt, het zogenoemde luik 1 en luik 2. Daar komt nu een derde luik bij: de fiscale regularisatie voor de ‘onsplitsbare’ of ‘gemengde’ bedragen. Het gaat om sommen waarvan niet meer te achterhalen valt aan welke overheid de belastingen moesten worden betaald, bijvoorbeeld erfbelasting (Vlaams) en roerende voorheffing (federaal). Een groot deel van de regularisatiedossiers zou onder dit derde luik vallen.
Bedragen gelijk verdeeld over beide belastingdiensten
Het derde luik van de fiscale regularisatie gebeurt via een afzonderlijk formulier. De aangever moet bewijzen dat het bedrag dat hij wil laten regulariseren onsplitsbaar is. De gunstmaatregel geldt tot uiterlijk 31 december 2020, voor inbreuken begaan vóór 1 augustus 2016. De aangifte gebeurt bij het federale contactpunt. Het te regulariseren bedrag wordt onmiddellijk gelijk verdeeld over beide belastingdiensten. De inning gebeurt daarna volgens de verschillende wettelijke regelingen van de federale of Vlaamse fiscus.
Het samenwerkingsakkoord werd op dinsdag 23 mei gestemd in de commissie Financiën en gaat in voege zodra de Kamer en het Vlaamse parlement het hebben goedgekeurd. Minister Tommelein: ‘Binnenkort is de volledige fiscale regularisatie een feit. Met de opbrengst van de Vlaamse én de ‘gemengde’ regularisatie, wil ik de erfbelasting hervormen. Billijkere tarieven zullen leiden tot minder belastingontwijking.’